Peter.jpg

Op deze plek geef ik mijn persoonlijke visie op de actualiteit en de maatschappij. Dit vanuit de overtuiging dat we als individu een onmisbaar onderdeel zijn van die maatschappij. De individuele bijdrage aan het maatschappelijk debat is in wezen dus een morele verplichting. 

Mijn persoonlijke spelregels: Wees eerlijk in je analyse en genuanceerd in je oordeel. Maar blijf kritisch ten aanzien van de realiteit, eigenbelang is immers dat wat de meesten van ons drijft.


extralegale voordelen = slecht idee

KBC denkt erover om, op vraag van de vakbonden(!), het loon van zijn werknemers te gaan herschikken. Concreet komt het er op neer dat het cashgedeelte zal verkleinen en het gedeelte in extralegale voordelen zal vergroten.  Wellicht zal u denken dat iemand met gezond verstand dit voorstel meteen platbrandt, maar dat blijkt dus niet het geval.

In de nasleep van de bankencrises zou u misschien geneigd zijn te denken dat het (ontbreken van) gezond verstand hier voor iets tussen zit. Wellicht is het iets genuanceerder dan dat. De wortel aan de stok is het feit dat in netto monetaire waarde de werknemer meer overhoudt. En wie is daar nu niet voor gewonnen.

Welnu. Ik alvast niet en gelukkig ben ik dan ook geen werknemer bij KBC.  

In de eerste plaats is contant geld nog steeds het meest liquide betaalmiddel. Op de bank brengt het niets op, maar om dingen te kopen is het uitermate geschikt. Wanneer een stuk van mijn loon in natura komt, verlaagt ook de vrij besteedbare component van mijn loon. Maaltijdcheques zijn nog relatief makkelijk liquide te maken, ook voor niet voedingsproducten. Ecocheques zijn al iets moeilijker te verzilveren. Je kan moeilijk elk jaar een nieuwe fiets kopen en die spaarlampen gaan doorgaans ook langer mee dan de geldigheidsduur van de ecocheque. Helemaal moeilijk wordt het wanneer er ook nog eens auto's en allerhande verzekering worden opgedrongen. 

Het verhaal van de firmawagen illustreert perfect het opdringerige karakter van de extralegale voordelen. Enige jaren terug, toen de arbeidsmarkt kreunde onder een tekort aan geschikt personeel werd de auto een vaste waarde in het loonpakket. De meeste mensen kregen meer auto dan ze eigenlijk nodig hadden, of alleszins meer auto dan ze zelf zouden willen betalen. De keerzijde was niet meteen duidelijk, maar het verhaal van de jonge moeder die haar wagen moest inleveren voor de duur van haar zwangerschapsrust is me toch bijgebleven. Bovendien telt de monetaire waarde van die auto niet mee voor de berekening van vakantiegeld, eindejaarspremie of pensioenopbouw.  In vele gevallen was het niet mogelijk om zelf kleur, merk of uitvoering te kiezen. De car policy van een bedrijf was dus een extra beperking op de bestedingskeuze van uw loon. Nu goed, die bijgeleverde tankkaart kon veel goedmaken en per slot van rekening reden we toch met een dikke wagen rond.

Ondertussen heeft het verhaal een nieuwe en verrassende wending gekregen. Om de tekorten te dichten die zijn ontstaan door enerzijds een iets te gul beleid en anderzijds bepaalde looncomponenten (zoals de extralegale voordelen) vrij te stellen van sociale bijdragen, heeft de regering beslist om onder andere de extralegale auto wat strenger aan te pakken. Plots wordt het voordeel niet meer zo interessant omdat al die mooie grote auto's nu toch geld beginnen kosten: de westerse heilige koe wordt gemolken. Gevolg: terwijl in de gloriejaren van de firmawagen je steevast meer auto kreeg dan je wilde, zal je het nu wellicht moeten stellen met minder auto dan je eigenlijk wel zou willen. Bovendien moet je zelf ook nog eens extra in de buidel tasten. En hop, weer een stuk vrij besteedbaar inkomen weg. Daarnaast is ook de omruilwaarde van bvb een reservewiel niet van die aard dat je er mee naar de supermarkt kan.

Een andere categorie zijn de verzekeringen. Niet alleen krijg je hiermee de facto een maatschappelijke opdeling tussen diegenen die extra verzekerd zijn, de hogere inkomensklassen en diegenen die maar een gewone job hebben of werkloos zijn.  Ook hier krijg je misschien wel meer verzekering dan je eigenlijk nodig hebt of zou willen. Door in te spelen op het risico-averse karakter van de mens krijgt men ook deze categorie voordelen vlot verkocht. Buiten categorie zijn volgens mij de groepsverzekeringen. Op het eerste zicht lijkt het een leuk appeltje voor de dorst, maar dat mooie plaatje kan in praktijk wel eens anders uitdraaien. Ten eerste de bedragen. Een toekomstig opgespaard kapitaal kan dan nu wel een hele berg geld lijken. Tegen de tijd dat je op pensioen gaat heeft de inflatie er alvast een heel stuk van opgesoupeerd. Om nog maar te zwijgen van de nog uit te vinden belastingen die zeker hun weg gaan vinden naar uw uitgestelde consumptie. Op de koop toe durf ik er nu al gif op nemen dat van mijn generatie niemand op de dag van zijn pensionering met een grote zak geld naar huis trekt. Nee, meer en meer wordt duidelijk dat uw appeltje voor de dorst in dunne schijfjes zal uitgedeeld worden, zolang je leeft... En daar wringt nu het schoentje. Als je de pech hebt om twee dagen na je pensioen dood te vallen (wellicht van het schrikken van het formaat van de appelschijfjes) is meteen de hele appel weg. Ah ja, je kapitaal wordt uitgekeerd onder de vorm van lijfrente, dus zeker geen appeltje voor de dorst om later door te geven aan je kinderen.  

En dan hebben we het nog niet over de perverse gevolgen op de langere termijn. Pervers omdat er stemmen opgaan om deze tweede pijler verplicht te maken. Dit wil zeggen dat de overheid zijn eigen pensioenverplichtingen minder onder druk ziet. De huidige generatie betaalt niet alleen het pensioen van zijn ouders, maar ook nog eens zijn eigen pensioen. Op die manier wordt de druk wel van de vergrijzingsketel gehaald, maar op een manier die weinig te maken heeft met goed bestuur.

In de economische theorie bestaat zoiets als het nut van het inkomen. De consument schikt zijn consumptie in principe zo dat hij er het meeste nut uithaalt. Zonder hier te veel in detail te treden is het eenvoudig aan te tonen dat de consument minder 'nut' heeft van zijn inkomen wanneer een relatief groot deel van het loon in nature komt. Zelfs als je afstand neemt van het feit dat de nutsmaximalisatie een rationeel proces zou zijn, blijft de redenering overeind.

Waarom zijn al die extralegale voordelen dan zo'n succes? Omdat ze voor de werkgevers een welkome manier zijn om de loodzware loonkost te verlichten. Werkgevers hebben er doorgaans geen probleem mee om hun werknemers goed te belonen voor het engagement en harde werk. Maar als de spread tussen wat de werknemer krijgt en wat de werkgever geeft te groot wordt, krijg je een onhoudbaar spanningsveld. Voor de werkgever is het in wezen ook van ondergeschikt belang in welke vorm zijn personeel betaald wordt. Zolang de balans tussen een tevreden werknemer en de finale kostprijs ervan beheersbaar blijft.

De werknemer laat zich leiden door het idee beter af te zijn. Voor mij is de vergelijking met de fabrieksarbeider die woonde in het huis van de fabriek en in de fabriekswinkel betaalde met de bonnen van de fabriek niet zo vergezocht als op het eerste zicht wel lijkt.

Tot nu hebben we het gehad over de individuele impact. Die is groot en hoewel je aan consumptienut inboet, zal je er niet meteen arm van worden. Dat is anders voor de maatschappelijke impact. Door een substantiele loonmassa uit het loonbegrip te houden - dat is wat de extralegale voordelen zo interessant maakt - zijn er ook geen of weinig bijdragen voor de sociale zekerheid op verschuldigd. De Sociale Zekerheid is een complexe taart gebouwd op horizontale en verticale solidariteit en door minder ingrediënten te gebruiken wordt de taart kleiner. Soms maak ik wel eens de vergelijking met een Ponzi schema (Ponzi, Madoff, Van Rossem, ...)  of piramidespel. Op een bepaald moment wordt het volume bijdragen kleiner dan het volume uitkeringen. De piramide keert om en valt omver. De beheerder verdwijnt dan doorgaans in de gevangenis om een boek te gaan schrijven. Behalve wanneer de beheerder de overheid is en het spel  Sociale Zekerheid noemt. Die omgekeerde piramide (minder volume bijdragen en uitgebreide uitkeringen) wordt langs alle kanten gestut met andere belastingmiddelen. Uiteraard blijven de beheerder in deze variant uit de gevangenis, maar schrijven soms wel een boek.

Het huidige systeem van extralegale voordelen ondermijnt dus de werking van de Sociale Zekerheid. In 2006 berekende ik de impact op zo'n 10 miljard euro per jaar. Wellicht een overschatting omdat de indirecte en tweede ronde effecten wel besproken, maar niet berekend werden. De studie gaf alleszins een idee van de grote-orde.

Als KBC zijn cafetariaplan dus wil uitbreiden heb ik daar alle begrip voor. De loonkosten in België zijn nu eenmaal onrealistisch hoog en wellicht vernietigen ze ook nog wat economische waarde. Maar dat de vakbonden pleiten voor de uitbreiding, daar kan ik niet bij.